Een typisch Nederlands fenomeen, dat schaatsen. Maar hoe leg je, aan bijvoorbeeld Franstaligen, uit wat het genot is van het schaatsen in de kou door de Hollandse polders? De Delftse cajunaccordeonist Henk de Kat is het in zijn Elfstedenwals uitstekend gelukt. Het nummer werd in januari 2010 als downloadsingle gepresenteerd, maar de oorsprong ervan gaat terug naar ruim tien jaar eerder.
Bij de laatste editie van de twintigste eeuw, in 1997, verschenen er ineens tal van liedjes over de Elfstedentocht. Het viel De Kat op dat die bijna allemaal carnavalesk waren of in de ironische, Herman Finkers-achtige cabaretsfeer.
“Toen ik die wals schreef kende ik niet één lied dat de pure hartstocht beschrijft van schaatsen. Het rijden tussen het riet, door de polders. Dat vond ik heel raar.”
Als enthousiast schaatser, en drievoudig elfstedentochtdeelnemer, schreef hij er zelf maar een. “Ik had een wals met een cajun-karakter, met viool erin. Daar heb ik een lied op gemaakt in de voertaal van de cajunmuziek, het Frans. La valse du patinage, ofwel De schaatswals. Dat lied gaat over het genot van het schaatsen in de Hollandse polders.”
Het lied gaat dus beslist niet specifiek over de Elfstedentocht, benadrukt de maker. Al wordt de Franstaligen wel uitgelegd dat in zeer strenge winters heel Nederland zich naar La belle Frise begeeft voor de Tour d’onze villes. Een in Frankrijk wonende vriend, Jos Jonkhof, hielp hem met de Franse tekst.
Een andere vriend suggereerde om er ook een Nederlandse tekst op te schrijven. “Ik had nog nooit een Nederlandse tekst geschreven, maar hij rolde er zo ineens uit. De zin ‘A la guinguette on s’arrête’ betekent: bij een koek en zopie houden wij halt. In het Nederlands is dat geworden: Bij een koek en zopie strijk ik neer. Wat dat betreft is de Nederlandse taal wat weerbarstiger.”
Al in de openingsstrofen heeft hij het schaatsgevoel adequaat omschreven, vindt hij zelf: “‘Staan de bloemen op de ruit, ben ik er ’s ochtends als eerste uit’: dat is het!” De essentie van de boodschap ligt besloten in twee korte strofen: ‘Dat strakke zjiieet…, zjiieet…/ Mooier geluid bestaat er niet’. Het lied eindigt met een welgemeende, oer-Hollandse waarschuwing: ‘Kijk uit jongens, een wak!’
In januari 2011 voegde De Kat op YouTube met Wintertime in Amsterdam een Engelstalige versie toe aan de reeks. Nu ook met tenorsaxofoon, van Arend Bouwmeester. Intussen wacht hij nog altijd zeer optimistisch op een nieuwe Elfstedentocht.
(fragmenten uit het verhaal over de Elfstedenwals van Henk de Kat, uit de bundel Delftse Toeren 2)